Monumentale kunsttempel terug van weggeweest
Sommige gebouwen hebben dat effect op je: je voelt je overweldigd, klein, nietig, soms zelfs verpletterd door de grandeur en de volumes waar geen einde aan lijkt te komen… Dat gevoel heb ik in het Louvre maar het overkwam me ook na de restauratie van het gebouw waarin het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen gevestigd is, dat maar liefst 11 lange jaren geduurd heeft en meer dan 100 miljoen euro heeft gekost. Kom mee een kijkje nemen in dit unieke monument en blijf net als ik sprakeloos.
Vernieuwd tot in de kleinste details…
Het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) is een kunsthistorisch museum in Zuid Antwerpen, gevestigd in een statig gebouw uit de 1890 en gelegen aan de Leopold De Waelplaats. De plannen zijn van de architecten Jean-Jacques Winders en Frans Van Dijk en het museum in neorenaissance stijl (kijk maar eens naar de strijdwagens met paard op het dak) deed voor de eerste keer de deuren open in 1890. Natuurlijk rijst de vraag: waarom moest het museum verbouwd worden? Daar was geen ontkomen aan: de statige dame had té weinig expositieruimte, de klimatisering was verouderd en het dak lekte. In 2011 werd alle kunst uit de zalen verwijderd en de werken konden beginnen.
De totale verbouwing was een huzarenstukje: het museum is nu 40 % groter geworden zonder zichtbare veranderingen aan het buitenvolume. De architecten van het Nederlandse architectenbureau KAAN hebben het over een “inbreiding” in plaats van een uitbreiding waarbij twee musea ingenieus in elkaar geschoven werden. Aan de binnenkant waar zich vroeger patio’s bevonden, is een volledig nieuw gebouw in het oude ingepast. Dit nieuwe stuk is bewust spierwit, helder en licht geworden en herbergt de kunst vanaf 1880. De gevel werd ook gerestaureerd en kreeg een nieuwe mozaïek aan de inkom. Insteek van het hele plan: een actueel museum creëren dat garant staat voor een unieke totaalbeleving.
Adembenemende collectie
Het oorspronkelijke architectenduo ontwierp de Rubens-en Van Dyckzaal als eregalerijen voor de grote geschilderde altaarstukken van deze meesters. Ook na de verbouwing blijven deze verpletterend imposante werken een belangrijke kern van de collectie vormen. De hele collectie beschrijven is onbegonnen werk: het KMSKA bezit zo’n 6.500 kunstwerken; zowat een tiende daarvan is te zien in een nieuwe, luchtige opstelling met veel ruimte om elk schilderij of beeldhouwwerk tot zijn recht te laten komen. Wie zalen verwacht per kunstenaar of tijdperk, wordt verrast: als grote nieuwigheid worden de werken gegroepeerd rond thema’s. Voor de oude kunst is dat bijvoorbeeld landschap of portret; voor de moderne kunst vorm, licht en kleur.
Thematisch in plaats van chronologisch: dat moet het museum toegankelijker maken en bezoekers de kunst echt laten beleven. Een Salvador Dalí tussen 16e-eeuwse werken bijvoorbeeld. Of schilderijen van nu, van Luc Tuymans en Marlene Dumas naast de beroemde Madonna van Jean Fouquet, uit het midden van de 15e eeuw. Deze Madonna-met-kind, in bijna buitenaards wit met rode en blauwe engelen, moet de “Mona Lisa” van het KMSKA worden en wordt ook het drukst gefotografeerd.
Ook niet te missen: de topstukken van Rubens of Ensor en veel schilderijen en beeldhouwwerken van Rik Wouters. En beeldhouwwerk van Minne en Meunier. En als je ze nog niet kende: fascinerende werken van Modigliani, Grosz, Schmalzigaug, Permeke, Smits en Alechinsky. Of prachtige Vlaamse primitieven: Van Eyck, Memling, Van der Weyden…Je komt dus ogen te kort in de 50 zalen van het KMSKA. 37 daarvan huisvesten de vaste collectie; 13 zijn bestemd voor tijdelijke expo’s. Een van de werken die mij zeker zal bijblijven is het verfijnde en gevoelige portret van Pieter Gilissen door Quentin Metsys dat ook de historische roman “De verloren droom van Pieter Gillis” over het Antwerpen tussen Reformatie en humanisme siert; en de Aanbidding van Jacob Jordaens uit 1616 met een uniek clair-obscur effect.
Onzichtbare vrouwen ?
Amper 1,21 procent van de kunstwerken in de collectie van het KMSKA werd geschilderd of gebeeldhouwd door een vrouw. Dat percentage ligt nóg lager als je niet de inventarisnummers, maar alle kunstwerken in het depot apart telt. Hoofdconservator Nico Van Hout heeft het over miskende kunstenaressen: “Nauwelijks 28 kunstenaressen zijn in het museum met werk vertegenwoordigd. In de voorbije eeuwen werd vrouwen jammer genoeg de toegang tot het kunstonderwijs ontzegd. Dat is een trieste historische realiteit.”
Bijzondere accenten
Tegelijkertijd met de restauratie van het gebouw maakte het museum van de gelegenheid gebruik om enkele werken van oude meesters grondig te restaureren. Het KMSKA is een van de weinige Vlaamse musea met een eigen restauratieatelier. Het werd opgericht in april 1999. Met de sluiting van het museum in 2011 verhuisde het restauratieatelier naar een atelier buiten Antwerpen. Maar liefst 133 schilderijen en sculpturen kregen hier een restauratiebehandeling. Het restauratieatelier keerde bij de heropening terug naar het museum en is vandaag publiek toegankelijk.
Ondanks een grote opkomst met toeristen uit de hele wereld kan ik alle werken uitgebreid bewonderen. En rustig zitten op fluwelen banken in de zalen met negentiende-eeuwse kunst. Tijdens mijn bezoek zie ik opvallend veel jonge gezinnen met kinderen. Zij kijken op hun beurt de ogen uit naar de grappige creaties van hoedenontwerper en decorbouwer Christophe Coppens die details uit schilderijen heeft uitvergroot tot levensgrote dromedarissen, een rotsblok, een reusachtige hand, een Ensorneus. Unieke kunst in het KMSKA voor jong en oud.