Vertaald door Deepl
Lees het originele artikel

Veranderende winkelpuien, geïnvesteerde ramen en kunst op klaarlichte dag: Art Au Centre is terug en zal tot 31 december te zien zijn in Luik !

Stadsplanning is een zeer modieus concept in deze kwart eeuw die in volle gang is. Te midden van economische, politieke, sociale en ecologische veranderingen is stadsplanning een van de grote uitdagingen van onze tijd geworden. Luik komt dus gemakkelijk op de lijst van kandidaten voor een architecturale facelift. Bekend als de “Stad van de Prins-Bisschoppen” en als het grote wapenarsenaal van België, geeft deze oude dame al lange tijd blijk van haar behoefte aan verandering.

Voor de voetganger die gewend is aan de kronkelende straten van de binnenstad, springen enkele nieuwe kleuren in het oog. Van de Féronstrée tot de Rue St-Gilles, belangrijke punten die de hoofdader van het stadscentrum vormen, zijn de etalages versierd met merkwaardige installaties. Van november tot december is de interventie van Art Au Centre in volle gang.

Dit evenement, dat nu tien jaar duurt, sluipt zachtjes in het dagelijks leven van de inwoners. Het hoofddoel van dit grootschalige project is het oog van de gemiddelde mens te trekken naar plaatsen waar hij gewoonlijk alleen lege of “normaal ingerichte” etalages ziet. Bovendien verbindt het alle hoofdwegen in het centrum (op een wat ongeorganiseerde manier) tot een enorme speurtocht.

Tentoonstellingsroutes

Achter deze folkloristische etalages heeft ieder zijn eigen manier om zijn ideeën over te brengen. In de Sint-Gillisstraat 44 toont de Londense Georgie Brinkman een verhaal van haar eigen compositie, een ecologische en abstracte fabel waarin de mens, opkijkend naar een maanverschijnsel, zich in ruil daarvoor rekenschap geeft van zijn eigen levenskeuzes en de manier waarop hij zijn wereld inneemt.

Vlakbij de Place du Marché heeft Samuel Cariaux een klein heiligdom gecreëerd op basis van Japanse kalligrafie. Een bijna heilige opstelling waar de prenten die hij tijdens zijn onderzoek heeft gemaakt als idolen worden gepresenteerd. Op een steenworp afstand, in de Rue de le Cathédrale, exposeert Donovan Le Coadou zijn doe-het-zelf sculpturen met als thema de industrieel. Midden in Luik is de locatie goed gekozen.

Met elk apparaat, een nieuwe ideologie, een nieuwe niet-commerciële reclame rijk aan abstracte boodschappen. Al met al zijn dit de geneugten van kunst buiten de camera’s en het grote podium.

Laten we het over het apparaat hebben: de installatie heeft zijn goede en slechte kanten. Het is inderdaad een goed idee om opnieuw te investeren in etalages; ze zijn voorbestemd voor dit soort installaties en de mensen merken de komst van het nieuwe in hun dagelijks leven meestal niet op. Het enige probleem is, is het wel zo’n goed idee om ze zo ver van elkaar af te zetten, waar eigenzinnige boetiekjes, eethuisjes en trendy winkels in overvloed zijn?

In het doolhof van de Rue St-Gilles of in de meanders van de Carré is het moeilijk deze kleine kunsttoetsen op te merken. Maar dat is ook de uitdaging van dit project: een uitgebreid “Waar is Charlie?” dat mensen zal aanmoedigen om het centrum in een nieuw licht te verkennen.

Buiten de gebeurtenis, wat is de impact? Meer dan een eenvoudige installatie, verspreid in het hart van de Prinsenstad, geeft het project, dat nu een vast onderdeel van de jaarlijkse kalender is geworden, een kortstondige impuls aan deze oude stad met haar rommelige kasseien. Bescheiden nemen de kunstenaars plaats tussen de gevels van de bewoners en voegen hun eigen kleine toets toe aan de krioelende menselijke organisatie.